We gebruiken cookies om je een geoptimaliseerde browse-ervaring aan te kunnen bieden. Selecteer ‘Accepteer alles’ als je akkoord gaat met het accepteren van cookies van UserEngage (webchat en leadgeneratie), Hotjar (website-verbetering) en LinkedIn (aangepaste advertenties). Wanneer je ‘Alleen noodzakelijk accepteren’ selecteert, plaatsen we cookies waarmee je onze website correct kunt gebruiken. We onthouden in dat geval je voorkeuren en slaan anonieme statistieken op. Raadpleeg ons cookiebeleid en privacybeleid voor meer informatie.

Accepteer alles
Accepteer alleen noodzakelijke

Dümmen Orange

Plannen bijstellen op basis van historische data

Dümmen Orange is een toonaangevend bedrijf in de veredeling en ontwikkeling van snijbloemen, potplanten, perkplanten en vaste planten. Het bedrijf heeft wereldwijd meer dan 6.000 mensen in dienst. Naast een groot marketing- en verkoopnetwerk heeft Dümmen Orange een groot aantal productielocaties.

‘We stellen onze plannen bij op basis van vergelijkingen tussen data van vorig jaar en nu

We waren op bezoek bij de locatie Rheinberg (Duitsland), waar we een rondleiding kregen door de gloednieuwe Elite kas van Christiaan Rinkel en Liza Lievens. Elite is de quarantaine fase (de nog niet negatief op ziekte verklaarden planten),  en library fase (de planten die schoon en klaar zijn voor de supply chain). In de quarantaine afdeling worden op verzoek van de afdeling Breeding ruim 150 verschillende cultivars schoon ontvangen en getest met als doel de plant zo gezond mogelijk te houden. De Elite kas is een belangrijke mijlpaal in de ontwikkeling en implementatie van Dümmen Orange’s Greencare progamma.

Greencare is het fytosanitaire beleid van Dümmen Orange, gericht op het leveren van gezond en schoon stekmateriaal aan telers wereldwijd en omvat verplichte hygiënemaatregelen voor zowel medewerkers als productiefaciliteiten. De medewerkers douchen bij aankomst en trekken bedrijfskleding aan. Alle meegebrachte spullen van buiten worden gedesinfecteerd en mogen vaak niet verder komen dan de kantine. Bij elke kas worden opnieuw de handen gewassen en in elke kas worden handschoenen gedragen. Medewerkers dragen nitril handschoenen met daar overheen diesel handschoenen (de plastic handschoenen die je ook bij het tankstation krijgt). Als een plant toch ziek raakt is het protocol; extra afzonderen waarna het fytosanitaire team in samenwerking met productspecialisten en veredelaars naar een oplossing zoekt. Dit is echter zeer verschillend per plant.

We spraken met Liza Lievens van Grower Elite en stelden haar een aantal vragen.

Welke variabelen leggen jullie vast in de kas en welke systemen gebruiken jullie hiervoor?

Licht in uMol&PAR
We meten de lichtsom om te zien wat de planten in totaal hebben gehad op een dag, en hiermee sturen we bijvoorbeeld ook de watergift.

We meten ook de straling in Watt/m2 buiten, hiermee sturen we het schaduwdoek en eventueel het verduisteringsdoek.

Temperatuur in Celcius
Temperatuur kan worden beinvloed door luchtvochtigheid, buisverwarming, doeken open/dicht; energiescherm (in de winter laat deze licht door maar warmte binnen), verduistering kan soms helpen voor extra schaduw tijdens hete dagen en dan hebben we nog een schaduwdoek, dit zorgt ervoor dat we geen direct zonlicht in de kas hebben (voorjaar, zomer en soms najaar).

Luchtvochtigheid in de kas in procenten en absolute luchtvochtigheid (dichtheid per m2)
Luchtvochtigheid wordt gestuurd door de computer, wat wij instellen wordt gerealiseerd door middel van een mist systeem.

Druk in Pascal
Druk wordt gemeten in Pascal en heeft voornamelijk te maken met dat we een semi-gesloten kas hebben (5 luchtramen per 600m2 kas) met een overdruk systeem en op deze manier insecten buiten te houden (naast thripsnet in de ramen).

Water (EC/pH) in silo’s en drip/drain
EC/pH: omdat we alles op hydro-korrels telen hebben we weinig buffer en kunnen we direct reageren op EC/pH waarden. We hebben 2 silo’s met verschillende EC waarden, hoog en laag (gezien de hoeveelheid verschillende planten die we in onze kas hebben, van Sedums tot Petunia). Per 7 tafels kunnen we op de watergift en EC sturen. De pH willen we tussen de 5,5 en 6 hebben bij beide silo’s. Door dit constant te meten, stellen we de watergift (hoeveelheid beurten en duur beurten) bij.
Het sturen van EC kan helpen tot groei en groeireductie. Hier kun je planten mee sturen, alleen is het met zo’n grote hoeveelheid soorten (155) niet heel makkelijk.

Potvocht
Potvocht meten we door een sensor in de pot. We meten natuurlijk drip en drain en daar sturen we de pH op. Omdat de plant niet te veel water moet krijgen is het handig om potvocht te meten. Voornamelijk bij succulenten, sedum en kalanchoe kan het schadelijk zijn om veel water te geven.

We telen alles op hydrokorrels en daarom is het heel belangrijk om de potvocht in de gaten te houden, niet te droog, niet te nat.

Waarom meten jullie deze variabelen? Wat is de achterliggende gedachte? 

Om de planten te laten groeien en zo veel mogelijk vegetatief te houden en zodoende bloei inductie te voorkomen. Generatieve delen van een plant zijn hormonaal anders en kunnen daarom negatieve invloed hebben op de testen die we uitvoeren.

Wat wordt er vervolgens met deze inzichten gedaan? 

De variabelen worden bijgesteld naar de behoeften van de planten en hoe wij ze, als growers, willen hebben (vegetatief en productief). Om te voorkomen dat planten in bloei gaan, zetten we ze op een plaats waar ze niet in bloei komen. Dit kan bijvoorbeeld zijn dat Kalanchoë op lange dag staat, aangezien die gaat bloeien op korte dag. Een productiekweker heeft variabele uren om zo de plant te sturen richting het juiste moment van bloei. Wij proberen te sturen op dat hij niet gaat bloeien.

Vegetatief is wanneer een plant in opbouw is en nog niet in bloei. Productief is wanneer een plant blijft groeien, dus wanneer je constant vernieuwing bij een plant ziet. Door sommige planten constant op korte dag te zetten, kunnen deze ook simpelweg ‘denken’  dat het herfst/winter is, en niks meer doen. Die wachten dan tot het voorjaar (wat uit blijft). Ook deze planten moeten we productief en vegetatief houden (dus actief groeiend maar zonder bloemen).

 

Hoe zien jullie de toekomst op het gebied van data verzamelen? 

Data verzamelen is erg belangrijk voor ons. We beginnen nu na een jaar data te krijgen die we kunnen vergelijken met de data van vorig jaar om plannen bij te stellen of te wijzigen. Ook is het erg interessant om te zien dat we progressie boeken, we hebben veel beter zicht op wat er in de kas en vooral bij de planten gebeurt. We kunnen nu veel meer verklaren en daar op verder werken. Het sturen gaat gebeuren, alleen gebeurt het nog niet direct, meer indirect. We verklaren vaak iets achteraf en kunnen dan de volgende keer beter reageren.

De toekomst van data verzamelen is volledig geautomatiseerd, maar het beoordelen van deze data is mensenwerk, net als het beoordelen van de planten. Wanneer er één gewas staat, is dit makkelijker te automatiseren. Gelukkig is niet alles geautomatiseerd, want het sturen en beoordelen vind ik het leukste werk. Door af en toe handmatig data te verzamelen, zie je meer en kun je sneller verbanden leggen dan wanneer je alleen de resultaten krijgt.

 

Hoe kunnen we je helpen bij het digitaliseren van je teeltproces?
Analyseer allerlei informatie afkomstig uit verschillende databronnen zoals klimaatcomputers, sensoren en handmatige invoer op een centrale plek. Verbeter samen met adviseurs, distributeurs en onderzoekers het productieproces van jouw gewassen, planten, zaden of bollen. We gaan graag met je in gesprek over welk servicemodel het meest geschikt is voor jouw bedrijf.